Karel Schmidt

Naast veelzijdig schilder was Karel Schmidt ook een woordkunstenaar. Zowel schriftelijk als mondeling kon hij in gloedvolle bewoordingen uitdrukking geven aan datgene waar hij voor stond.  Aan de andere kant kon hij stoeien met taal. Woorden kneden, buitelingen van letters en het proeven van zinnen: het was een groot speelveld voor hem. De inheemse taal uit zijn eerste zeven levensjaren op Celebes leverde daarbij soms ook dierbaar materiaal. Schilderen móést gebeuren; als er geen nieuw doek meer was, dan maar over een reeds beschilderd linnen iets nieuws opzetten. Zo ook met schrijven, een soort heilige noodzaak. Wanneer de inkt op was, dan kon het nog met potlood of desnoods in ‘machineschrift’.

 

Als jongvolwassene schreef hij reeds doorwrochte brieven, o.a. met mej. Croese, medium uit Den Haag; maar ook ‘een boekske als souvenir voor de oud-medebestuurderen van het muziek- en toneelverbond Unisono’ (1901) met teksten en gedichten. In de loop van zijn leven hebben zich daar nog tal van schrijfsels en geschriften aan toegevoegd in de vorm van brieven, proza, leringen, feuilletons met een boodschap, aforismen en gedichten. Maar ook conceptteksten van voordrachten, vaak in een vloeiende vorm, als geïnspireerd neergeschreven. Indien ondertekend, dan met Karel Schmidt of Xante, soms ook met Vuurwerker, Broeder Karel, K.S. of Manus. Voorts zijn er vier dagboeken bewaard gebleven, meestal werd hierin geschreven in tijden van ziekte.

 

Op deze webpagina een vijftal teksten die bij elkaar een indruk geven van Schmidt als woordkunstenaar.

1. Passage uit een brief aan schildervriend Teun van Essen in Volendam (1877-1940), d.d. 9 januari 1914

 

‘ - - - Je moet als ’t kan me ook helpen met m’n muzikale uitbeeldingen in verf. Dit is werk dat weinigen zullen snappen, maar jij snapt het. We zullen alle muzikale grootheden in verf omzetten. Watervallen, beken, oceanen, hoogten, diepten, donders en afgronden van Beethoven enz. –

 

Al wat hemel en aarde bewogen heeft moeten we uitdrukking trachten te geven. We zullen muziek maken met het penseel en schilderen met de piano. We zullen alles ondersteboven gooien om zoo de schoonheid ook van onderen te bekijken en de menschen de waarheid van achteren voor te houden en daarmede te bewijzen, dat in het rijk van schoonheid geen voor, geen achter, geen onder of boven is. We moeten schilderen, zóó dat elk stuk om zijn as kan draaien zonder aan schoonheid in te boeten, dat wordt eerst uitbeelding van reine harmonie. Er wordt in de schilderkunst teveel gefotografeerd.

 

En als de menschen wat ontworsteld zijn aan de dogmatiek op elk gebied, dan eerst kan men hun Christus brengen zooals Hij is, niet zooals de kerk en de menschen Hem gemaakt hebben.

 

Onze ziel kan er ons zijn als een vulkaan die staat uit te barsten, dan weer als een zee die kalm is en onpeilbaar diep, dan als één zonnelach, één lichtgeblink, één fonkeling, dan als een stuk lood verzonken in diepten van modder en slik, maar in al die dingen klinkt Gods stem en al die toestanden kunnen we uitbeelden, dat is kunst en als ook in al die kunst Gods stem voor de beschouwer valt te beluisteren, dan is het Evangelie.

 

We moeten Christus ook brengen aan die groote scharen ontwikkelden en wijzen, aan zoovele ontvankelijken onder degenen, die zich het eenvoudig geloof ontwassen wanen en aan zoovelen, die de kerken zijn ontvlucht, omdat men daaruit alles heeft gebannen wat lieflijk is en welluidt. Armzalig Christendom zonder Christus. Ik moet nu dit gekrabbel staken. Hopelijk komt het tot een samenwerken tusschen ons. Die samenwerking is natuurlijk al in de geest maar zal zich ook wel stoffelijk manifesteren als de tijd daar is. - - - ’    

 

 

 

 

Toelichting bij deze surrealistische vertelling: ‘Rando’ staat voor Blaricum en de schilder Eljakim voor Karel Schmidt. Vermoedelijk wordt Herman Hana ten tonele gevoerd als het personage dat ‘al wat hij wrocht omzette in kristallen’. Ook zouden er verwijzingen gezien kunnen worden naar Mondriaan en het blad De Stijl. Bijzonder is het, dat een eeuw na verschijning van Feest in Rando, er belangstelling is voor deze tekst als lesmateriaal voor hogeschoolstudenten Spraak en Drama. Met name het stuk met bruisend en rijk taalgebruik, waar de elementen in beweging komen.

 

 

5. Motto’s / sprokkelingen / vonkjes

 

Teksten

terug naar boven